Toen ik vertelde aan Carolien dat ik moest gaan vertellen op mijn blog (voor de 31 Days Blog Challenge) wat de naarste periode uit mijn leven was, zei ze gelijk dat ze al wist wat ik ging schrijven. Is ook niet gek, want zij heeft elke minuut van die periode meegemaakt. Ongeveer een half jaar lang heeft het geduurd om bovenop die naarste periode te komen, maar ja het kost ook nogal kracht om niet dood te gaan!
We gaan even een paar jaar terug, naar eind 2008. Ik was heel vaak ziek en ontzettend moe. Ik kon mijn ogen niet meer openhouden op school. Dat had eigenlijk een waarschuwing moeten zijn, achteraf gezien. Ik heb hard gewerkt in 2008. In schooljaar 2007/2008 heb ik flink wat uren gemist doordat ik ook vaak ziek was, waardoor ik in 2008 het hele schooljaar in 3 maanden moest inhalen. Ik had nog nooit zoveel toetsen en werkstukken gemaakt in een korte tijd als toen. Ik was echt moe aan het eind. Ik deed een CKV werkstuk met Carolien samen en die bleek niet goed te zijn waardoor we steeds terug naar school moesten, maar dat kon ik gewoon niet meer. Ik ben toen ‘lekker’ vakantie gaan vieren en toen ik naar Havo 5 ging (VMBO diploma gehaald, toen naar Havo) werd ik in eens in de schoolvakantie ziek. Luchtwegeninfectie. Ho eens, dat is niet het afgesproken tijdstip hè, longetjes? Alleen in de herfst- en wintertijd, nooit in de zomer. Nou, hoppa. Weer twee weken school gemist. Ook nog eens het begin van het schooljaar, dus alle basis van de lessen die we nu weer gingen volgen moest ik ook weer sneller leren dan mijn klasgenootjes. Toetsweek kwam er eind november aan en ohhh ik was zo moe. Ik moest letterlijk elk half uur een kauwgommetje nemen om wakker te blijven. Daarna ben ik ’s middags een keer gaan shoppen, met mijn nieuwe kleren naar oma op haar verjaardag geweest en daar kreeg ik keelpijn. Toen we om half 8 thuis waren had ik al koorts. De dagen die daarop volgde zijn een grote blurrrr. Ik kan me vlagen herinneren van bijvoorbeeld dat ik op de wc zat en mijn moeder me steeds aan aan het kijken was. Soms viel ik in slaap. Dacht ik. In werkelijkheid was ik een halve minuut met m’n ogen aan het draaien en deed ik steeds mijn ogen dicht. Toen was het genoeg en heeft mama aan de alarmbellen getrokken. Ik kan me herinneren dat ik door een raampje allemaal lichtflitsen voorbij zag komen. Ik lag in de ambulance. Toen zag tl-buizen boven me en ik was dus binnen no-time in het ziekenhuis.
Ik weet zo weinig meer omdat toen ik binnenkwam twee dokters in opleiding mij hebben behandeld en toen te veel zuurstof hebben gegeven waardoor de koolstofmonoxide ging opstapelen in mijn bloed. Hierdoor lag ik bijna in coma. Ik herinner me wel dat mijn ouders er continue waren en dat ik als eerste mij Carolien goed kan herinneren. Ze kwam op bezoek en achter in haar ogen zag ik tranen, maar ze hield zich sterk. Hmm oke. De volgende dag werd het me wel duidelijk dat ik super ziek was. Ik had een vergroot hart door de vermoeidheid en een virus én daar bovenop ook een longontsteking. Een onbekend virus die ze op de dag van vandaag nooit hebben kunnen benoemen. Ik werd duizendmaal gevraagd of ik de zogenaamde DNR wilde tekenen. Do Not Resuscitate. Als ik dood zou gaan hoefde ze me niet te redden, want als ze dat wel zouden doen zou ik waarschijnlijk iets in mijn keel krijgen waardoor ik nooit meer zou kunnen praten. Op dat moment wilde ik altijd kunnen praten en anders hoefde het niet meer. Nu weet ik wel beter. Steeds meer mensen kwamen langs met rode oogjes, waaronder mijn nichtje Eva. Ik vond het zo zielig. Ze kwamen afscheid nemen. De doktoren hadden aan mijn ouders verteld dat het namelijk zo ver was. Ik reageerde niet op de antibiotica. Het was inmiddels december en op de 4e of 5e dag van dat ik in het ziekenhuis lag en hebben ze me zo volgespoten met antibiotica dat het iets beter ging. Ik mocht naar huis om daar voor het laatst kerst te vieren.
Eenmaal thuis ging het wat beter, maar ik was heel erg ziek nog steeds. Doordat ik zo lek was geprikt, kreeg ik een aderontsteking. De huisarts kwam net op tijd kijken, want anders had ik ook nog eens bloedvergiftiging. Ik zat onder de blauwe plekken door het prikken, maar ook natuurlijk door het van bed naar bed verplaatsen. Ik was zo verdoofd in het ziekenhuis dat ik niet eens doorhad dag mijn arm klem had gezeten tussen iets. Eenmaal thuis in rust zei ik dat mijn arm zo zeer deed. Mijn arm was donkerpaars. Dus naast die virus had ik ook nog allemaal andere klachten die mij niet hielpen. Toen ik pas net voor Sinterklaas weer naar de wc kon (en dan bedoel ik alle boodschappen die er bestaan) voelde ik me weer wat beter. Er was een schema opgesteld en tussen 3 en 4 uur ’s middags en tussen 7 uur en 8 uur in de avond kwam iedereen langs om mij gezelschap te houden. De term ‘afscheid nemen’ gebruikten we niet meer, want mama zag allang (zelfs in het ziekenhuis) aan mij dat ik nergens heen ging. En dat geloofde ik zelf ook. Al die tijd al. I ain’t going nowhere, not on my watch. Ik knapte iets op en pakjesavond werd in eens bij ons thuis gevierd inclusief zwarte pieten. Ik vond het geweldig. De zuurstofslangen hingen om mij heen, ik zat in mijn pyjama, maar ik vierde wel een feestje.
Kerst heb ik gelukkig ook kunnen vieren, met kleren aan zelfs! Alleen ik had 2 dagen ervoor mijn teen gebroken dus erg happy met mezelf was ik niet. Toen Carolien en een vriendin een dag na kerst kwamen lunchen viel ik in slaap. Ik was zo boos op mezelf daarna. In slaap vallen midden op de dag vond ik zo zwak van mezelf. Ik werd toch beter? In de tussentijd dat ik thuis was vanaf het ziekenhuis tot kerst kregen we natuurlijk ook veel post en steun. Niet alles even positief trouwens. De concoleancekaartjes lagen even vaak op de mat als de opvrolijkende beterschapskaartjes. Mama heeft mij die nooit laten lezen, maar ik snap wel dat mijn ouders enorm veel verdriet is aangedaan door zulke kaarten en gezegdes door kennissen zoals “ik hoor het wel als het gebeurd is”. Sommige mensen zeiden zelfs “He, hoe zit dat nou? Ze zou het toch niet redden? En nu is ze in eens opgeknapt!?” Zulke mensen zou je gewoon in hun gezicht willen slaan. Met een stoel.
Paar maanden later, in 2009, was het tijd voor het examen en ik ben sinds toetsweek in 2008 niet meer naar school geweest. Ik moest namelijk stoppen met school volgens de dokter. Het was allemaal veel te zwaar. En dat was het eigenlijk ook wel. Ik viel wel even in een zwart gat. Sinds ik thuis was kwamen er elke dag vrienden over de vloer en die kwamen even een tijdje niet meer. Ze moesten leren en examens kwamen er aan. Ik vond het moeilijk dat ik ook niet naar het feest kon. Dat ik niks kon afsluiten. Ik had wel mogen komen, maar ik wilde niet. Want ik voelde dat ik er op een of andere manier er niet meer bijhoren op school. Ik deed mijn eigen feestje. Nadat ik in mei voor het eerst weer buiten was geweest en het weer goed voelde om dingen te doen, ben ik mijn verjaardag goed gaan vieren. Iedereen was er. En vanaf toen ging alles beter.
Nu zijn we 7 jaar verder en ik denk er niet meer echt er aan terug (er valt ook weinig aan te denken want ik weet er weinig van haha). Ik heb er nog wel een beetje fysiek last van. Doordat ik letterlijk op het randje stond en weer terug ben gekomen naar het leven, heb ik veel spierkracht in mijn armen verloren. Dit is nooit meer volledig hersteld. Ik slaap ’s nachts met een zuurstofslangetje voor mijn neus. Zo kan ik in de nacht beter slapen en hoeft mijn hart ook niet zo hard te werken. Zo ben ik als ik wakker word ook echt wakker. Ik vernevel elke avond voordat ik ga slapen zodat ik mijn longen schoonhoud en dus niet zo snel ziek word én kan ik nooit meer middagdutjes doen want dat vind ik zwak van mezelf omdat ik denk dat ik dan weer ziek ben.
Nou, dat is echt de naarste periode uit mijn leven. Het bovenstaande heb ik er aan overgehouden en als dat de prijs is die ik heb betaald om weer beter te worden? Prima. Anytime.
The Girl in Bed
Eva says
❤️❤️❤️
Manon says
Aaw, eefje toch xx
Lianne says
Jeetje heftig zeg! Gelukkig is alles goed gekomen en kan je genieten van alles om je heen! Grtz!
Manon says
I sure did and I sure do! :D
Carolien says
Het was zeker een nare periode! Maar ik weet ook nog hele leuke dingen die we toen gedaan hebben! Death proof voor het eerst gekeken samen! Dagenlang allemaal films kijken en vervolgens lekker afzeiken samen (terwijl we ze stiekem heel leuk vonden).
Manon says
Die tijd herinner ik me gelukkig wel! <3
Sarah says
Jeetje, wat heftig! Meid ik heb echt respect voor je. Blijf genieten van alles om je heen. Powerwoman!
Manon says
Dankje! Genieten doe ik des te meer. Je moet voor je eigen geluk zorgen in het leven :)
Iris says
Wat ontzettend heftig! Gelukkig dat het nu zoveel beter met je gaat :)
Manon says
Zovéél beter! Thanks :)
Ingelise says
Wat heftig, zeg! Maar wat mooi dat je er zo over vertelt op je blog. Echt.
Manon says
Ja, als het onderwerp een ‘eis’ is bij de 31 Days Blog Challenge, dan moet je wel met de billen bloot ;-). Dankjewel.
Danielle says
Oh wow, wat heftig en wat eng! Gelukkig dat het nu zoveel beter gaat. You’re strong, girl!
Manon says
Dankje! Ik leefde destijds in een roesje dus ik weet niet of ik het toen als eng ervoer.. Gelukkig ligt het achter me en weet ik er vrij weinig van! :)
Lily says
Ondanks dat het eigenlijk een beetje afgezaagd voelt heb ik geen betere woorden dan: wow wat heftig Manon. Het is waar dat de naarste dingen je juist sterker maken, maar dat maakt ze helaas niet minder zwaar. Goed om te lezen dat je er weer (deels) bovenop bent gekomen, en keep on fighting!